Ministerie van Doedelzaken

“Als ik Minister van Doedelzaken zou zijn…”

Annemieke van Doesburg: “laagdrempeliger en minder prestatiegericht”

9 juli 2024

In deze rubriek, speciaal voor onze nieuwsbrief, stellen we ieder half jaar aan een speler van een Nederlandse doedelzakband de vraag wat hij of zij zou doen als je een jaar lang Minister van Doedelzaken bent; wat wordt het belangrijkste actiepunt? Waar richt je je op? En wat is jouw belangrijkste wapenfeit als het jaar om is? In deze editie is het woord aan doedelzakspeelster, gediplomeerd instructrice en orthopedagogisch muziekdocente, Annemieke van Doesburg:

“Als ik Minister van Doedelzaken zou zijn…”

De vorige ministers heb ik vooral gehoord over competities, gradaties, evenementen en beter worden dan we zijn. Echter, muziek maken bestaat uit meer dan alleen resultaten behalen. Wat dacht je van samen spelen, naar een concert toe werken, nieuwe tunes leren, als band jezelf presenteren bij optredens in je omgeving of bij workshops van je vereniging, het basisniveau van de muziek waarborgen in je band, een feestavond houden met je bandvrienden, samen naar een concert van een andere band gaan luisteren, gastspeler zijn bij anderen, noem het maar op. Daarnaast wil ik de pipes bekend en populair(der) maken bij een breder publiek en dat lukt niet door alleen op competities te spelen. Dan blijft het toch vaak ‘in het wereldje’. Gelukkig wordt ook hier al hard aan gewerkt: kijk naar de talloze folkbands in Nederland, die met regelmaat optreden. Kijk naar de vele verenigingen, die zich al promoten in hun omgeving. Kijk naar de (Disney)films en modernere muziek, waarin pipes een rol spelen. Kijk naar de vele festivals en evenementen, waar pipe bands zich mogen laten zien. Kijk naar de nieuwe directeur van het National Piping Centre, die een ontzettend goede speler is, maar geen competitie doet. En kijk naar het groeiende aantal vrouwen ‘in de top’.


Als ik iets geleerd heb de laatste jaren, is dat je niet onthoudt of je wel alle graces hebt gespeeld [red. versiernoten, om de hoofdnoten van elkaar te onderscheiden en om variatie in de muziek aan te brengen]. Je onthoudt wel dat je een lekkere repetitieavond hebt gehad. Dat je die ene lastige tune steeds beter beheerst. Dat je hierdoor veel meer muziek kunt maken dan noten kunt uitspugen. Maar ook dat je veel nieuwe mensen hebt leren kennen en contacten voor het leven hebt gemaakt. Dat je met al je vrienden zeven keer in een uitverkocht Ahoy hebt gestaan. Dat je, door jezelf te zijn, te oefenen en te leren, door je best te doen, het meeste bereikt. En niet door je beter voor te doen dan je bent, of door je pijlen alleen maar te richten op winnen.


Uiteraard is er ruimte voor ontwikkeling; graag zelfs! Echter hoeft dit niet alléén door competities te zijn. Voor een deel van de spelers en bands zal dit een richtpunt zijn en dat is prima. Je leert hier zeker van en je krijgt altijd feedback mee. Maar er is meer dan alleen dat. Wat dacht je van het volgen van lessen, workshops, luisteren naar andere bands, zelf nieuwe tunes zoeken, examens doen en op andere manieren je horizon verbreden? Op deze manier kun je ook de kwaliteit van jezelf en je band verhogen. Er zijn genoeg kennis en vaardigheden te vinden in pipe band wereld. Zowel in Nederland als daarbuiten of online kun je les op niveau krijgen, om te zorgen dat ook jij de pipes goed op de kaart zet. Kijk breder dan alleen naar de competities.


Zoals hierboven beschreven moeten we onze muziek en cultuur op een goede manier neerzetten. Daarnaast blijft de jeugd enthousiast maken een belangrijk punt. Kinderen zijn tegenwoordig druk met van alles en muziek komt, ook op scholen, helaas vaak op de laatste plek. Als muziekdocent probeer ik daar al verandering in te brengen door mijn pipes een keer mee te nemen en de leerlingen hun eerste chanterlessen te geven. Maar meer mag altijd! Mijn eerste grote praktische actiepunt is dan ook: zorgen dat ons nieuwe kabinet muziek- en pipe bandlessen op alle scholen in de basis leertijd zet. Want, hoe cliché ook: de jeugd heeft de toekomst!

Annemieke van Doesburg (1992) is al vroeg begonnen in de muziekwereld. Na een aantal jaren muziekles is zij op elfjarige leeftijd in aanraking gekomen met doedelzakmuziek. Samen met haar familie is zij begonnen bij The Highland Valley pipes and drums uit Borculo, waar zij de pipes heeft leren spelen. In 2014 is Annemieke afgestudeerd aan het conservatorium in Enschede als vakdocent muziek, met als specialisatie orthopedagogisch muziekdocent. Ze heeft les gehad in piano, zang, drum, gitaar, arrangeren/componeren en als hoofd-bijvak klassiek dwarsfluit. Daarna heeft ze nog verschillende opleidingen gevolgd.
Haar dagelijkse werkzaamheden bestaan uit het lesgeven in het speciaal- en hoogbegaafdenonderwijs en het geven van individuele lessen doedelzak (zowel privé als aan het conservatorium). Daarnaast werkt Annemieke als instructeur EHBO.

© Ministerie van Doedelzaken

Andere opinies

Peter Korzilius: “Jaarlijks terugkerende evenementen en een betere graadverdeling”

Peter Korzilius: “Jaarlijks terugkerende evenementen en een betere graadverdeling”

In deze rubriek, speciaal voor onze nieuwsbrief, stellen we ieder half jaar aan een speler van een Nederlandse doedelzakband de vraag wat hij of zij zou doen als je een jaar lang Minister van Doedelzaken bent; wat wordt het belangrijkste actiepunt? Waar richt je je op? En wat is jouw belangrijkste wapenfeit als het jaar om is? In deze editie is het woord aan doedelzakspeler en voorzitter van Venlo Caledonian Pipe Band, Peter Korzilius.

Jelle Calsbeek: “Een gestructureerde en gecoördineerde aanpak”

Jelle Calsbeek: “Een gestructureerde en gecoördineerde aanpak”

In deze rubriek, speciaal voor onze nieuwsbrief, stellen we ieder half jaar aan een speler van een Nederlandse doedelzakband de vraag wat hij of zij zou doen als je een jaar lang Minister van Doedelzaken bent; wat wordt het belangrijkste actiepunt? Waar richt je je op? En wat is jouw belangrijkste wapenfeit als het jaar om is? In deze editie is het woord aan drummer en kersvers NOvDB bestuurslid Jelle Calsbeek.

Robbert van Gorp: “Geen onderscheid tussen ‘competitiebands’ en ‘niet-competitieband'”

Robbert van Gorp: “Geen onderscheid tussen ‘competitiebands’ en ‘niet-competitieband'”

In deze rubriek, speciaal voor onze nieuwsbrief, stellen we ieder kwartaal aan een speler van een Nederlandse Doedelzakband de vraag wat hij of zij zou doen als je een jaar lang Minister van Doedelzaken bent; wat wordt het belangrijkste actiepunt? Waar richt je je op? En wat is jouw belangrijkste wapenfeit als het jaar om is? In deze editie het woord aan internationaal tenor drummer en instructeur Robbert van Gorp.